Wie is jouw Publiek?
We horen het wel eens: 'onze content is bedoeld voor alle klanten' of 'voor alle inwoners van de gemeente'. Maar het is onmogelijk iets te maken dat voor 'alle klanten;' interessant is, of voor 'alle inwoners', of 'alle cliënten'. Hoe ga je ervoor zorgen dat jouw content beter kan worden gericht op specifieke groepen mensen, met hun eigen vragen en behoeften?
In het verleden werd 'het Publiek' langs een traditionele lat gelegd: leeftijd, geslacht, opleiding, welvaartsklasse/inkomen, postcodegebied/woonwijk, leefsituatie (alleenstaand, getrouwd, gezin). Maar dat is niet meer voldoende. De kennis van Publieksgroepen moet verder gaan. Wat drijft iemand? Door welke omstandigheden worden mensen geprikkeld om iets te doen en iets anders te laten? De vraag voor jou is: welke groepen kan ik van elkaar onderscheiden, qua leefstijl, gedrag, ambitie, betrokkenheid, en welke contentbehoefte sluit daarbij aan? Op welke Platforms kan ik hen ontmoeten, en met welke soorten verhalen?

In de mediawereld, maar ook bij influencers en makers op social media, wordt al langer op die manier naar 'het Publiek' gekeken. Daarbij valt vaak het woord 'lifestyle': hoe belangrijk is geld voor mensen, hoe geven ze het uit, hoe belangrijk is familie, de wijk, de buurman, de baan? Is carrière belangrijker dan het klimaat? Voor ons doel, het maken van effectieve content, moeten we nog een stapje verder gaan: we willen de 'mindstyle' van ons Publiek kennen. Waar dromen ze van? Waarvan liggen ze wakker? Welke ambities hebben ze? Hoe kijken ze naar ons? Willen ze worden geïnspireerd of willen ze graag leren hoe ze iets moeten doen? Het afbakenen van Publieksgroepen gaat vooral om de vraag: met welke soort content wil deze groep het liefste benaderd worden? Inspirerend en praktisch, kort? Of liever informerend, adviserend? En hoeveel tijd hebben ze voor ons? Vertrouwen ze onze organisatie? Zijn ze vlot met lezen of laaggeletterd? Al deze kennis helpt je bij het maken van goede content die aansluit bij de vraag. Je kunt dit deels al doende leren: welke content slaat aan, welke slaat de plank mis?